Hierbij deel twee van mijn muziekgeschiedenis- en muziekgenreblog. In mijn vorige blog heb ik iets meer verteld over de Nocturne. Deze keer is de sonate aan de beurt.
Wat is een Sonate?
Een sonate is een muziekstuk met een vaste opbouw. Deze vaste opbouw bestaat uit meerdere delen. Meestal ten minste. Daarnaast heb je nog sonatinas en sonatines, dat zijn kleine en/of korte sonates
Geschiedenis van de Sonate
Van oorsprong zijn sonates geschreven voor strijkers. De Italiaanse solosonate voor viool met begeleiding van een basso continuo werd door Johann Kuhnau (1660-1722) naar de piano overgebracht. Hij schreef in het bijzonder voor muziekliefhebbers en gegoede burgers, want vooral in hun huiskamers stonden de tokkelinstrumenten (luit en klavier) centraal.
Sybrandt van Noordt junior, die van 1679 tot 1792 organist was aan de Oude Kerk in Amsterdam, publiceerde rond 1690 een bundel sonates. Dat was de eerste keer dat in Nederland geschreven pianosonates voorkomen.

Een belangrijke Italiaanse componist van de sonate was Domenico Scarlatti. Hij heeft ongeveer 500 sonates geschreven die hij ‘Essercizi’ – oefeningen – noemde. Het waren losse stukken die geschreven waren in ‘forma bipartita’. Dat betekent 2 stukken met ongeveer hetzelfde thema: A-A of twee verschillende thema’s: A-B .
De sonate ontwikkelde zich verder zodat er A-B-A ontstond. Weer later werd het A gedeelte uitgebreid met vaak 2 contrasterende thema’s: een actief thema gevolgd door een milder thema, waardoor het A1-A2-B-A1-A2 werd.
In de klassieke periode van Haydn, Mozart, Clementi en Beethoven veranderde de sonate in een vaste vorm. Deze vorm bestond uit 4 delen. Het eerste deel heeft de ‘oude’ sonatevorm – A1-A2-B-A1-A2. Gevolgd door het tweede deel, een rustig deel. Soms zelf treurig. Qua vorm werd de sonatevorm, liedvorm of variatievorm gekozen. Het derde deel is vaak een Menuet of Scherzo, een stuk in 3/4 -maat. Het laatste deel, het slot, heeft meestal een vrolijk en vlot karakter, maar is wel weer een variatie op de vorige delen.
Doorontwikkeling
Rond 1800 liet Beethoven deze vast vorm van de sonate langzaamaan los. Een voorbeeld daarvan is Sonate Pathétique. Dit muziekstuk begint met een sombere introductie, die op het midden en aan het einde nog eens wordt herhaald. Vaak zijn die herhalingen korter dan de introductie.
Aan het einde van zijn leven hield Beethoven zich steeds minder strak aan het ‘oude’ schema. Dit is bijvoorbeeld terug te zien in een van zijn laatste sonates (opus 110). Deze eindigt in een Fuga. Dat was 30 jaar daarvoor niet mogelijk geweest
Kleine weetjes
- Naast Beethoven zijn er natuurlijk ook andere componisten die sonates geschreven hebben.
- Chopin heeft ook sonates geschreven. Van zijn sonates is vooral het einde van zijn tweede sonate bekend: de Marche Funèbre.
- Liszt schreef zijn pianosonate in b-mineur als een werk met verschillende episodes die in elkaar overgaan.
- De langste sonate is de Concord Sonata (ofwel pianosonate no. 2) van Charles Ives en duurt minstens 45 minuten. Dit werk is een van de meest complexe pianosolo’s ooit. Ik heb dit stuk in zijn geheel geluisterd en moet het eens zijn met het feit dat het een zeer complexe pianosolo is. Daar moet je heel wat uren voor studeren!
- En klik hier voor alle pianosonates van Mozart.